In het Praxisbulletin-artikel leest u in een praktijkbeschrijving hoe u op schoolniveau én op groepsniveau met Kerstmis bezig kunt zijn. De essentie van het vieren van kerst op school zit niet in de knutselwerkjes, de kerstboom in de klas of in het kerstdiner. We willen vooral graag, dat kinderen ervaren hoe het is om samen te zijn en te vieren, ongeacht hun geloof of overtuiging. Kerst vieren doe je met je groep. Maar het is mooier als het vieren alle groepen met elkaar verbindt. Kerst vieren doe je tenslotte ook met de hele school.
In deze internetuitbreiding treft u extra opdrachten voor de kinderen aan, tips om de viering tot een succes te maken en het volledige kerstverhaal dat bij de opdrachten hoort.

Het kerstverhaal

U opent het pdf-bestand (4 pagina’s) door op deze link te klikken. U kunt het verhaal vervolgens direct afdrukken of het eerst opslaan op uw computer..

U kunt het complete kerstverhaal downloaden, maar u kunt ook alleen het eerste gedeelte van het verhaal gebruiken om aan de kinderen te geven. Zij kunnen het verhaal dan afmaken, zoals beschreven in het bladartikel. U kunt er ook voor kiezen om het complete verhaal aan te bieden.

Werkwijzen

U kunt de volgende werkvormen gebruiken om de kinderen te laten werken met het kerstverhaal.

1 U verdeelt de groep in twee- of drietallen. Ieder koppel krijgt van u een strookje papier met daarop enkele woorden. Deze woorden moeten de kinderen gebruiken bij het afmaken van het kerstverhaal. Door de koppels allemaal verschillende woorden te geven vergroot u de kans op verschillende verhalen. Spreek af dat een verhaal niet meer dan duizend woorden mag bevatten (ongeveer twee A4’tjes). Indien mogelijk, kunnen de kinderen hun verhaal op de computer uitwerken.
U kunt bv. de volgende woorden op de strookjes zetten:

– kat – hond – leeg, groot huis
– bos – jaloezie – kleine kerstbomen
– gebroken been – jongen – meisje
– tante – vreemde snoeshaan – sneeuw
– eenzaam – eekhoorntjes – twee meisjes
– baby – kerstballen – trap
– dennennaalden – te laag plafond – flat
– vrouw van de bomenverkoper – bomenverkoopstalletje – geld

2 U leest het eerste gedeelte van het verhaal voor. Na afloop vraagt u aan de kinderen of zij – zonder dat zij met een ander gaan overleggen – een tekening willen maken over het slot van het verhaal. Stimuleer de kinderen om heel rustig na te denken hoe zij dit verhaal zouden willen zien aflopen. Laat hen de tijd nemen om te tekenen en probeer hen in een heel rustige, stille sfeer te laten tekenen.
De tekeningen die klaar zijn, hangt u op in de klas. Als de kinderen klaar zijn (u bepaalt zelf hoe lang zij eraan kunnen werken), mogen zij elkaars tekeningen gaan bekijken. Bespreek hierna de verschillende “verhalen” die bij de tekeningen horen. Welke kinderen hebben ongeveer hetzelfde bedacht? Wie heeft er iets getekend waar niemand anders op gekomen is?
Tot slot kiest u samen met de kinderen een van de tekeningen uit om het kerstverhaal te gaan afmaken. Het einde is dus al bekend, het “middenstuk” kan nu geschreven worden. Ook dit kunt u weer door de groep laten doen, maar u kunt er natuurlijk ook een of twee leerlingen aan laten werken.

3 U richt een verteltafel in met de volgende attributen: een kerstboom (bv. van LEGO®), twee mannelijke en twee vrouwelijke poppetjes, een (huis)dier, een vrachtwagen en een huis of een hek.
U leest aan de kinderen het eerste gedeelte van het verhaal voor. Tijdens het voorlezen kunt u al een paar figuren van de verteltafel gebruiken of laten zien. U laat de kinderen vrij reageren op het verhaal. Is het verhaal al af? Waarom niet? Wat zou er kunnen gebeuren in dit verhaal?

U laat de verteltafel zien en u spreekt met de kinderen af dat zij bij de verteltafel het verhaal mogen spelen van de kerstboom. U laat het verhaal door de kinderen ontstaan. Voor kleuters is het handig als u alvast een titel verzint, bv.: De grootste kerstboom van het bos. Vanaf groep 3 kunt u de kinderen laten meedenken over de titel van het verhaal.
Probeer de kinderen te observeren tijdens het spel aan de verteltafel. Komen er mooie verhalen uit? Kies dan hoe het verhaal uiteindelijk afloopt.

Extra opdrachten voor in de kerstdoos

Onderbouw

– Maak kerstbomen van karton of toiletrollen en versier ze. Zet deze kerstbomen onder de centrale kerstboom.
– Bak op de dag van de kerstviering kerstkoekjes en deel die voor of na de viering samen met andere kinderen van je groep uit aan andere groepen.
– Maak van alle kinderen in de groep een foto bij de centrale kerstboom (groepsfoto of individueel). Maak een lijstje om de foto en zet hem bij de centrale kerstboom.

Middenbouw

– Ga een van de zelfgemaakte kerstverhalen voorlezen in een andere groep.
– Maak een tekening van jezelf als je in een kerstbal kijkt en knip hem rond uit. Kies tien tekeningen uit en hang ze op in of bij de centrale kerstboom.
– Maak kerstboompjes met wensen voor een ander erop en hang deze (in de buurt van) de centrale kerstboom.

Opdrachten

Iedere groep heeft een drietal opdrachten te vervullen, voordat de kerstviering kan plaatsvinden. Die opdrachten zijn per groep verschillend, maar leiden wél tot een gezamenlijk slot. Het is dus van belang, dat iedere groep de drie eigen opdrachten vervult. De kinderen en de leerkrachten van de school zijn zo van elkaar afhankelijk, om de kerstviering tot een succes te kunnen maken.

Bovenbouw

– Maak op een groot laken een achtergronddecor voor de centrale kerstboom (bv. met een tekening van het begin van het verhaal).
– Organiseer met kinderen die een muziekinstrument bespelen, een kerstgroepje dat kerstmuziek speelt tijdens de viering.
– Maak een digitaal prentenboek (bv. met MS-PowerPoint of met foto’s) van een van de geschreven kerstverhalen en laat het aan de onderbouw zien.

Tips voor de viering

De wijze van presenteren van het kerstverhaal is voor iedere groep een vrije keuze. Het is wel prettig als hierover van tevoren in het team gecommuniceerd wordt, zodat er in ieder geval variatie is in het aanbod. Hieronder volgen nog enkele tips voor de viering.

– Verdeel de kinderen in groepen, als het lastig is om de viering met de hele school samen te doen. U kunt er ook voor kiezen om de jaargroepen te mengen, bv. groep 1/2-4-6-8 en groep 3-5-7.
– Maak vooraf een duidelijke keuze om ouders wel of niet bij de viering te betrekken. Nodigt u de ouders ook uit? Geef hen dan in de uitnodiging alvast het eerste gedeelte van het verhaal.
– Laat het team ook een presentatie doen van het verhaal.
– Laat het thema “Kerst vier je samen” overal terugkomen: in nieuwsbrieven, op posters in de school en in de klassen, op de uitnodigingen en ook bij de centrale kerstboom.
– Laat twee kinderen uit iedere groep verantwoordelijk zijn voor de kerstboom in de centrale hal. Zij zorgen ervoor dat de nieuwe spullen die er (dagelijks) bijkomen, op een juiste manier in of naast de boom geplaatst worden en zij zorgen er ook voor dat het netjes blijft.
– Kies voor een gepaste opening en sluiting, uitgevoerd door zowel kinderen als leerkrachten.

Links

– Op de Wikipedia-pagina Kerstboom kunt u alles vinden over de kerstboom en zijn oorsprong.
– Op Marilyn’s Website 4kids kunnen de kinderen online een kerstboom versieren.
– Een lege kerstboom vindt u op de pagina Kerstboom van Schoolplaten.com.
– Via de link Kweekproces op www.kerstbomen.net laat een kerstbomenkwekerij het kweekproces in een aantal foto’s zien.