Door toenemende prikkels zijn kinderen van nu vaker onrustig. Hoe creëer je momenten van rust in de klas, waarin kinderen weer tot zichzelf kunnen komen? En… hoe kun je als leerkracht zélf je rust bewaren?

Goed voorbeeld doet goed volgen

Er heerst een serene rust en stilte in de groep. De kinderen zijn aandachtig aan het werk. De leerkracht bereidt de volgende les voor en kijkt vervolgens het werk van de kinderen na, terwijl het stil blijft in de klas. Is dit een droombeeld? Door de toenemende onrust bij kinderen lijkt dit droombeeld verder weg dan ooit. De houding van de leerkracht blijkt belangrijk te zijn: straalt hij (of zij) rust uit, dan nemen de kinderen in de klas eerder deze rust over.

Een overdaad aan prikkels

Hoe creëert u rust, in een tijd met zo veel prikkels en doorlopend entertainment? Media en computerspelletjes vechten met korte, flitsende, vluchtige beelden om de aandacht van het kind. In de schaarse vrije tijd doet het kind vaak nog meer indrukken op. En in de voor-, tussen- en naschoolse opvang ontmoet het wéér andere gezichten, regels en uitdagingen. De vraag voor leerkrachten is: hoe blijft een kind bij zo veel prikkels nog bij zichzelf?

Gevolgen van overprikkeling

Emotionele spagaat

Een kwart van de schoolgaande jeugd heeft wekelijks last van hoofdpijn. En 68 procent van de kinderen tussen tien en veertien jaar is gestresst. Slaap- en concentratieproblemen, druk en chaotisch gedrag… Het zijn verschijnselen, die haast meer regel dan uitzondering lijken te zijn. Veel kinderen hebben slecht contact met het eigen lijf en kunnen moeilijk fysieke prikkels aan het lichaam voelen. Zelf grenzen stellen aan prikkels van buitenaf lukt hen nauwelijks. Het eindeloos spelen met computerspelletjes en zappen voor de tv kunnen een vlucht zijn om maar niet zelf dingen te hoeven bedenken die je kunt en/of moet doen.
De computer werkt snel en geeft acuut resultaat. Je hoeft maar iets in te toetsen en er gebeurt iets. Maar in het “gewone” leven zal een kind soms op zijn (of haar) beurt moeten wachten. Door dit verschil tussen de virtuele wereld en de echte wereld kunnen overprikkelde kinderen in een “emotionele spagaat” terechtkomen: ze eisen direct aandacht en raken bij uitstel hevig geïrriteerd.

Rust, begrip en balans

Kinderen focussen zich op de buitenwereld, maar lijken haast niet meer om te kunnen gaan met stilte. Daarnaast vinden ze het moeilijk om naar hun eigen, innerlijke stem te luisteren. Ze vragen zich bijvoorbeeld bij pestgedrag niet meer af: vind ik het wel oké om zo met andere kinderen om te gaan? Door het gebrek aan inkeermomenten wordt de balans verstoord en kan faalangst – en zelfs depressie – het gevolg zijn.
De jeugd van nu lijkt in veel gevallen fijner afgestemd te zijn dan vroeger. Termen als hooggevoelig, indigo, ADHD en hoogbegaafd duiken steeds meer op in onderwijskringen en ouderbladen. Het hoppen en zappen van activiteit naar activiteit én de inbreuk van het mediageweld in de kinderwereld geven weinig ruimte voor het indalen en verwerken van emoties en ervaringen, terwijl juist gevoelige en drukke kinderen ongelooflijk veel rust, begrip en balans nodig hebben.

In hoog tempo

Kinderen en rijping

De hersenen van kinderen rijpen totdat ze ongeveer vijfentwintig jaar oud zijn. Vooral de eerste jaren na de geboorte is de rijping spectaculair. Met name tijdens de nacht vindt die rijping plaats.
Als een kind dag én nacht prikkels krijgt aangeboden, dan moeten al die prikkels verwerkt worden. Dit wordt lastiger voor kinderen, als ze de hele dag omgeven worden door (te) veel prikkels.

Druk vanuit de ouders

Kinderen moeten zo veel tegenwoordig. Ouders zien het succes van hun kinderen als een verdienste van hun opvoeding. De gedachte hierbij is, dat het kind maakbaar is. Kinderen hebben rust nodig om dingen te laten bezinken. Deze rust is te creëren thuis én in de klas.

Technische ontwikkelingen in de maatschappij

Sue Palmer, een Britse opvoedkundige, trekt na drie jaar onderzoek een conclusie, waaruit blijkt dat de technologische ontwikkelingen en veranderingen in de maatschappij de afgelopen vijfentwintig jaar sneller zijn gegaan dan wij als mens kunnen bijhouden.
Kinderen zijn hiervan de dupe. De snelheid is voor een kind namelijk te hoog. Kinderen hebben het nodig om zich te ontwikkelen in zogenoemde slow time. Als kinderen niet de kans krijgen om zich in deze slow time te ontwikkelen, dan kunnen de gevolgen zeer ernstig zijn.
Palmer ziet deze ontwikkeling als oorzaak voor de toename van ontwikkelingsstoornissen bij kinderen. Ze pleit onder andere voor meer rust, écht spelen in de natuur en minder volle agenda’s van kinderen.

Wat kunt u als leerkracht hieraan doen?

Houding en werkwijze van de leerkracht

U kunt zichzelf afvragen hoe het met uw eigen rustmomenten is gesteld, als u aan het werk bent. Tegenwoordig moet ook u zo veel. Naast de lesgebonden taken zijn er nog veel meer activiteiten te noemen. Om niet aan (werk)stress ten onder te gaan, geef ik u hierbij de volgende tips:
– Zorg ervoor dat u vroeg op school bent en neem ruim de tijd om van tevoren alles klaar te leggen. Dit voorkomt bijvoorbeeld dat u later op de dag onverwachts nieuwe kleurpotloden moet zoeken of de lijmpotten moet bijvullen. U begint dus veel rustiger aan de dag door ruimschoots op tijd aanwezig te zijn..
– Drink thee of koffie in uw eigen leslokaal, in plaats van in de drukke teamkamer.
– Wellicht zult u de sociale contacten missen, als u altijd in uw eigen klas thee of koffie drinkt. Wissel de eigen klas dan af met de teamkamer.
– Spreek met uw directeur en uw collega’s af dat u zo min mogelijk storingen in uw klas wenst. Het gebeurt nog steeds regelmatig dat een directeur of een collega onverwachts uw klas binnenloopt met een bepaalde vraag, waarop u direct antwoord moet geven.
– Bekijk eens rustig wat u eventueel van het dagprogramma weg kunt laten of wat u kunt doorschuiven naar de volgende dag of de volgende week.
– Maak duidelijke regels en afspraken in de klas met de kinderen. Tevens zijn er duidelijke afspraken waar alle materialen liggen. Gebruik hier vaste plaatsen voor.
– Neem afstand van de groep en observeer de kinderen.
– Praat zachtjes in de klas, waar dat nodig is en waar het kan. De kinderen moeten zich dan concentreren en gericht luisteren om de instructie te kunnen volgen.
– Werk met een muziekdoosje in de klas, om aan te geven dat u op dat moment stilte wenst.
– Doe de tl-verlichting in uw klas uit.
– Las een stilteles in. De kinderen mogen dan bij de activiteit (bijvoorbeeld het schrijven) niet praten.
– Leg aan het eind van de dag de materialen klaar, waarmee een kind direct kan gaan werken als het de volgende dag in de klas komt. (Dit geldt voor een kleuterklas.)
– Relativeer zaken en gebeurtenissen zo veel mogelijk.
– Beschouw het eten en drinken in de kring als een rustmoment voor u en de kinderen.
– Draai rustige muziek, als de kinderen de klas binnenkomen.

Stiltespelletjes voor de kinderen in uw klas

Er zijn verschillende oefeningen en spelletjes, die tot gevolg hebben dat de kinderen meer naar binnen keren en rust ervaren. Ik geef nu hiervan een aantal voorbeelden:
– Laat de kinderen ontladen door even gek te doen (bijvoorbeeld door te dansen of te bewegen).
– Laat de kinderen de ogen sluiten en laat ze luisteren naar de geluiden buiten de klas. Vervolgens naar de geluiden in de klas. En tot slot naar de geluiden in zichzelf.
– Open de dag in een kring en laat de kinderen de ogen sluiten. Stel open vragen over het begin van de dag. Bijvoorbeeld: “Stel je het moment voor dat je wakker werd.” “Wat deed je als eerste toen je uit bed kwam?” “Weet je nog wat je gegeten hebt vanmorgen?” “Wat heb je allemaal gezien toen je naar school kwam?” “Stel je het moment voor dat je de klas binnenkwam.” “Voel hoe je op de stoel zit en kom met je aandacht in de klas.” Enzovoort. Als u deze oefening voor de eerste keer doet, laat dan de kinderen het antwoord hardop zeggen. Later laat u het antwoord fluisteren. En nog later zeggen de kinderen het antwoord in hun hoofd.
– Laat de kinderen een steentje uit een doosje kiezen. Tel langzaam en met zachte stem van een tot tien. Met de ogen gesloten leggen de kinderen bij iedere tel het steentje van de ene hand in de andere hand. In plaats van een steentje kunt u kiezen voor een kastanje of een schelpje. Verleng de concentratieboog van de kinderen door tot twintig te tellen.
– Geef (een aantal) kinderen een stressbal. De kinderen kunnen zelf die stressbal pakken als ze voelen dat ze veel moeten bewegen of onrustig en gespannen zijn, maar op dat moment niet van hun plaats kunnen en mogen lopen.
De stressbal is door de kinderen eenvoudig zelf te maken. Per stressbal hebt u nodig: twee ballonnen, een boterhamzakje, parkietenzaad, een schaar en een lepel. Het kind vult het boterhamzakje met parkietenzaad. Het zakje wordt daarna gesloten, door het uiteinde dicht te draaien. Blijft er een los eindje over? Dan wordt dat om de inhoud van het zakje gevouwen. De ballon, waar het blaastuitje vanaf is geknipt, wordt om het boterhamzakje gedaan. De tweede ballon, waar ook het blaastuitje vanaf is geknipt, wordt om de eerste ballon gevouwen, zodat tot slot geen opening van de ballon zichtbaar is.
– Breng de kinderen in het hier en nu, door ze bewust te laten voelen hoe ze op hun stoel zitten. De kinderen worden rustig, doordat ze zich meer bewust zijn van hun eigen lichaam.
– Laat de kinderen spanning ontladen, door ze met hun hielen een kuiltje in de grond te laten maken. Zowel het linker- als het rechterbeen komt aan de beurt.
Laat na afloop de kinderen met gesloten ogen even navoelen hoe hun voeten voelen en laat ze dit ook verwoorden. Als u deze oefening voor de eerste keer doet, zult u merken dat de kinderen het vreemd vinden en wellicht niet veel bijzonders voelen bij hun voeten. Deze oefening vraagt om veel herhaling in de klas, de gymzaal of de speelzaal. U zult dan merken, dat de kinderen later wél kunnen aangeven hoe hun voeten aanvoelen, na de oefening gedaan te hebben.
– Laat de kinderen aan het eind van de speel- of de gymles op een mat (of op de grond) liggen. De kinderen liggen op hun rug en leggen hun handen op hun buik. Ze zijn zich bewust van hun buik onder hun handen. Vraag aan de kinderen wat ze waarnemen onder hun handen.
Deze oefening kunt u ook in de klas doen, als de kinderen op hun stoel zitten. Bewustwording van ademhaling – in combinatie met rustige muziek – zorgt voor verstilling bij de kinderen.
– Laat de kinderen een mandala tekenen of inkleuren. Door vanuit een centrum en binnen de cirkel te tekenen, komt het kind weer bij zichzelf.
– Laat een voorwerp zien en vraag de kinderen met gesloten ogen het voorwerp nogmaals te “bekijken”. Vraag naar vorm en kleur. Laat daarna controleren of het klopt.

Tot slot

Veel leerkrachten vragen zich af of ze wel tijd hebben om stiltespelletjes in te lassen in hun toch al drukke programma. Ik heb in de afgelopen jaren gemerkt dat de spelletjes en oefeningen op zich niet veel tijd vragen. De spelletjes, die u rust en stilte opleveren in de klas, geven de kinderen energie en verhogen de concentratie, waardoor het makkelijker wordt om aan de slag te gaan met de volgende activiteit. U zult merken dat de kinderen zélf gaan vragen naar een rustig en stil spelletje.

Ik wens u en de kinderen veel succes bij het uitvoeren van stiltespelletjes!

Literatuur

• José Kuijsters, Als kinderen onrustig zijn, Stichting Onderwijs maak je samen, Helmond, 2007.
• Andrea Erkert, Rust en ontspanning met spelletjes, Panta Rhei, Katwijk, 2005.
• Marneta Viegas, Relax kids, Ankh-Hermes BV, Deventer, 2004.
• Rosemarie Portmann & Elisabeth Schneider, 100 Ontspannings- en concentratiespelen, Panta Rhei, Katwijk, 2002.