Het artikel in het Praxisbulletin besteedt aandacht aan het thema “omgaan met verlieservaringen van kinderen”. In de meeste opleidingen wordt hier weinig tot geen aandacht aan besteed. Leerkrachten willen dan ook graag aanwijzingen krijgen hoe ze het best kunnen omgaan met verlieservaringen in de klas. In het bladartikel wordt stilgestaan de een verlieservaring als een dierbare van een kind overlijdt.
In deze internetuitbreiding vindt u groepsspecifieke werkvormen voor in de klas met betrekking tot rouwverwerking.

Groepsspecifieke werkvormen voor rouwverwerking

De volgende werkvormen zijn bruikbaar in de klas met betrekking tot rouwverwerking.

Onderbouw

– Kringgesprek: laat de kinderen geboortekaartjes en rouwkaarten meebrengen. Leg aan de kinderen de volgende woorden uit: crematie, begrafenis, opbaring, avondwake.
– Kringgesprek: emoties en gezichtsuitdrukking. Houd een gesprek over de uitdrukking van je gezicht bij blijheid en bij droefenis. Tot slot een spelletje: knip uit een kartonnen blad twee ogen. Een kind neemt plaats achter het karton; zijn of haar ogen zijn zichtbaar voor de andere kinderen in de klas. De groep moet raden of het kind verdrietig of blij kijkt.
– Kringgesprek: bespreek de dood van een huisdier, eventueel met behulp van een (prenten)boek.
– Kleien: de kinderen maken een bloem van klei en verven deze. De bloem kan op het graf gelegd worden.
– Toverstafje: het kind krijgt een toverstafje en maakt de volgende zin af: Hocus pocus pilatus pas, ik wou dat … er weer was. De naam van de overleden persoon kan ingevuld worden. Wat deed het kind graag met de overleden persoon? Wat was er zo bijzonder aan de overleden persoon?

Midden- en bovenbouw

– Kijkdoos: van een schoenendoos wordt een kijkdoos gemaakt vol met fotoā€™s, herinneringen, tekeningen, spulletjes die te maken hebben met de overleden persoon.
– Brievenbus: de kinderen schrijven op een briefje anoniem vragen op die ze hebben na het overlijden van iemand en doen dit briefje in de brievenbus. De vragen worden klassikaal besproken door de leerkracht. Indien nodig, worden de vragen aan een arts voorgelegd.
– Ballon oplaten: de kinderen laten een ballon op met een kaartje en een persoonlijke tekst erop. Dit zou bv. gedaan kunnen worden bij het overlijden van een leerkracht of een ouder van een kind.
– Tekenen: de cirkel van steun. Op een blad staan verschillende cirkels om elkaar heen. In het midden zetten de kinderen hun naam en in de cirkels daaromheen zetten ze de namen van die personen van wie ze steun krijgen bij verdriet en rouw. De persoon die het dichtst bij het kind staat (dat kan letterlijk en figuurlijk zijn), staat in de cirkel het dichtst bij de naam van het kind.
– Tekenen: het kind maakt een tekening van de plek waar de overleden persoon nu is.
– Tekenen: verdriet zichtbaar maken. Ieder kind ligt op een uitgerolde behangrol. De contouren van het lichaam worden omtrokken door een ander kind. De kinderen tekenen ieder in hun eigen lichaam het verdriet dat ze voelen bij een overlijden. Waar zit het verdriet, welke kleur heeft het en hoe ziet die pijn eruit?
– Tekenen: een A4-blad wordt doormidden gevouwen. De kinderen maken op de ene helft een tekening hoe ze zich voelden vĆ³Ć³r het overlijden van de dierbare en na het overlijden.
– Muziek: laat de kinderen naar verschillende muziekstukken luisteren en laat hen aangeven hoe ze zich erbij voelen: blij, verdrietig,boos. Zowel klassieke muziek als popsongs zijn hiervoor geschikt, bv. “Tears in heaven” van Eric Clapton.
– Schrijven: laat de kinderen een gedicht schrijven naar aanleiding van het overlijden van een dierbaar persoon. Het kan gaan om hun opa, oma, hun neefje, hun buurmeisje, enz.
– Rouwadvertenties: laat de kinderen rouwadvertenties uitknippen en opplakken. Begrijpen ze alles wat er in de advertentie staat?
– Collage: de kinderen knippen of scheuren uit tijdschriften dingen die hen doen denken aan de overleden persoon. Ieder kind plakt dit op een gekleurd A4-blad. De kinderen die dat willen, kunnen hierover vertellen.
– Kaarsen versieren: ieder kind versiert een kaars met gekleurde velletjes kaarsvet. Zulke velletjes zijn te koop bij hobbyzaken. Uit de kaarsvetvelletjes kunnen de kinderen vormen of figuurtjes knippen of scheuren. Die kunnen eenvoudig op de kaars gedrukt worden en blijven vervolgens vastzitten.