Dit artikel beschrijft een yogales voor ieder seizoen en speelt op die manier tegelijk in op het in kleutergroepen nog altijd populaire werken met thema’s. Belangrijke bouwstenen van yoga – zoals inspannende en ontspannende yogaoefeningen, aandacht voor de ademhaling en ontspannende massageoefeningen – zijn op een speelse wijze in de lessen vervlochten.

Lees ook de uitbreiding

Bij dit artikel hoort een online uitbreiding.

Van onrust naar rust

Ieder seizoen kent dagen, waarop kleuters drukker en onrustiger zijn dan normaal, vaak veroorzaakt door een overdosis aan prikkels. Wij als kleuterjuffen weten, dat er in dat geval twee redmiddelen zijn, voor zowel de kleuter als de leerkracht, om de dag samen nog een beetje goed door te kunnen komen:
– Het eerste redmiddel is beweging (buiten of in het speellokaal).
– Het tweede redmiddel is het kijken naar een filmpje op televisie. Bij voorkeur in deze volgorde. Dus: inspanning, gevolgd door ontspanning. Maar natuurlijk weten we ook heel goed, dat we kleuters eigenlijk geen échte ontspanning bieden, door ze voor de teevee te zetten. Ze krijgen dan immers nog steeds te veel prikkels te verwerken!
Willen we liever meer educatief verantwoord te werk gaan? Dan biedt kleuteryoga een uitkomst. Kleuteryoga is uniek, omdat er een bewuste afwisseling van inspanning en ontspanning plaatsvindt, waardoor de kans groot is, dat de kinderen écht tot rust komen.

Kleuteryoga in de zomer

LUISTEROEFENING
De les wordt (zittend of liggend) begonnen met een luisteroefening. Hierdoor ontstaat een ontspannen sfeer. En voor de kinderen is dit een goed begin, om even helemaal tot zichzelf te komen, iets wat bij yoga heel belangrijk is. U vraagt de kinderen de ogen te sluiten en u zet een cd met zeegeluiden op.
→ Cd’s met natuurgeluiden zijn onder andere te koop bij De Tuinen.

bbd5d564-7436-46c4-88c7-bcf55a9db104_kleuterYoga1

INSPANNING
– Na enkele minuten vraagt u de kinderen hun ogen weer te openen en te gaan staan. U vertelt dat de kinderen nu naar zee gaan fietsen. Ze mogen zich hierbij vrij door de ruimte bewegen, waarbij ze ronddraaiende (fiets)bewegingen met de armen maken. Wel spreekt u van tevoren een teken af, waarop de kinderen stil moeten staan, om te wachten voor een rood verkeerslicht. (Voeten stevig op de grond, armen losjes langs het lichaam, rug recht en kin ingetrokken.) U zegt bijvoorbeeld: ‘Rood!’ Of u houdt een rood bordje omhoog.
– Als u voelt dat het genoeg is geweest, dan zegt u tegen de kinderen, dat ze bij het strand aangekomen zijn en dat ze over het zand naar de zee toe mogen lopen. Het zand is heet, dus de kinderen lopen afwisselend op hun hakken en hun tenen. Het laatste stukje zand naar de zee is zó heet, dat de kinderen heel snel op hun tenen moeten lopen!
– Bij de zee aangekomen, maken de kinderen zwembewegingen (op de plaats waar ze staan of zich vrij door de ruimte bewegend).
– Als het genoeg is geweest, zegt u, dat de kinderen op hun hakken en/of tenen naar hun handdoek mogen lopen, om dan lekker languit te gaan liggen.

ONTSPANNING
– Als de kinderen allemaal een plekje gevonden hebben om te liggen, zegt u op kalme toon: ‘Ga nu allemaal op je rug liggen. Je armen liggen losjes naast je lichaam. Zorg ervoor, dat je lekker ligt. Leg je handen op je buik en voel of je de ademhaling kunt volgen. Adem diep in… De buik gaat omhoog. Adem uit…De buik gaat weer een beetje naar beneden. Sluit je ogen als je dat fijn vindt. Vind je dat niet fijn, dan kijk je naar één punt. En voel of je lekker ligt.’ U laat de kinderen zo een tijdje doorgaan met de ademhalingsoefening, eventueel begeleid door uw stem. (‘Adem in…, buik omhoog. Adem uit…, buik omlaag.’)
– Daarna zegt u: ‘Voel je de zon? We willen niet dat onze huid verbrandt, dus we gaan ons eerst even insmeren met zonnebrandcrème. Vraag aan je buurman of buurvrouw of hij/zij even je rug in wil smeren, want daar kun je zelf niet bij.’
– Als alle kinderen ingesmeerd zijn, mogen ze weer rustig op hun rug gaan liggen en nog even naar de cd met zeegeluiden luisteren. U zegt dat ze mogen gaan zitten, als het genoeg is geweest.
– Als alle kinderen zitten, mogen ze zich nog even lekker helemaal uitstrekken en lang maken: ‘Maak jezelf zo lang mogelijk. Ga op je tenen staan en steek je armen zo hoog mogelijk de lucht in. Strek je helemaal uit.’ En zo eindigt de les.

Kleuteryoga in de herfst

LUISTEROEFENING
De les wordt begonnen met de luisteroefening van Kleuteryoga in de zomer. Alleen zet u in plaats van een cd met zeegeluiden nu een cd met herfstgeluiden op (waaien van de wind, tikken van de regen, ritselen van herfstblaadjes).

bb9b0c79-c224-476f-bbbe-8291516d77a4_kleuterYoga2
INSPANNING
– Na enkele minuten vraagt u de kinderen hun ogen weer te openen en te gaan staan. U vertelt, dat de kinderen een herfstwandeling in het bos gaan maken. Ze mogen hierbij vrij door de ruimte lopen. U besteedt van tevoren aandacht aan hoe ze moeten lopen: zo rechtop en zo langzaam mogelijk. Het helpt, als u uitlegt, dat ze steeds eerst hun hak neerzetten, dan langzaam de rest van de voet tot op de tenen en daarna hetzelfde met de andere voet.
– Ook spreekt u een teken af, waarop de kinderen stil moeten staan, omdat er iets bijzonders te zien is in het bos. (Voeten stevig op de grond, armen losjes langs het lichaam, rug recht, kin ingetrokken.)
– U zegt bijvoorbeeld: ‘Ik zie overal konijnen rondhuppelen!’ Of: ‘Ik zie overal konijnen, die holletjes aan het graven zijn!’ Of: ‘Ik zie overal eekhoorntjes rondspringen, die nootjes aan het verzamelen zijn!’ De kinderen mogen dit dan uitbeelden. U wisselt het lopen, stilstaan en uitbeelden af tot het genoeg is.
– Als het genoeg geweest is, zegt u, dat de kinderen bij een open plek aangekomen zijn, waar ze even mogen gaan liggen, om uit te rusten van de wandeling.

ONTSPANNING
– Als de kinderen allemaal een plekje gevonden hebben om te liggen, herhaalt u de ademhalingsoefening, zoals die beschreven is bij Kleuteryoga in de zomer.
– Dan zegt u: ‘Voel je, dat het zachtjes is begonnen te regenen? Maar dat geeft niks. We blijven rustig liggen, want we worden er nu niet nat van. Het voelt zelfs lekker, die regendruppels op je lijf. Voel nog eens goed. Voel je de regen?’ Laat de kinderen met de vingers zachtjes trommelende bewegingen maken, van boven (de kruin) naar onder (zover als ze liggend kunnen komen).
– De les eindigt net als bij Kleuteryoga in de zomer. Alleen zet u nu niet de cd met zeegeluiden op, maar de cd met herfstgeluiden. En vergeet de strekoefening niet, om de les mee af te sluiten!

Kleuteryoga in de winter

LUISTEROEFENING
In de winter is het overal heel stil. Vooral als het gesneeuwd heeft. U gebruikt bij deze les daarom geen cd, maar u laat de kinderen heel goed luisteren naar geluiden van buiten, de eigen adem en de stilte.

INSPANNING
– Na enkele minuten vraagt u de kinderen hun ogen weer te openen en te gaan staan. U zult merken, dat de kinderen graag vertellen welke geluiden ze hebben gehoord. Dus als u voelt dat hier behoefte aan is, geeft u hier even de ruimte voor.
– Dan vertelt u, dat de kinderen gaan schaatsen. Maar eerst fietsen ze naar de ijsbaan toe, op de manier, zoals dat bij Kleuteryoga in de zomer is gebeurd.
– Als de kinderen bij de ijsbaan aangekomen zijn, mogen ze gaan schaatsen. De kinderen mogen zich vrij door de ruimte bewegen, terwijl ze schaatsbewegingen maken.
– Op een door u afgesproken teken moeten de kinderen vervolgens zo stil als een sneeuwpop gaan staan. U wisselt het fietsen, schaatsen en stilstaan weer af tot het genoeg is.
– Als het genoeg geweest is, zegt u, dat de kinderen even in hun warme bedje mogen gaan liggen, om uit te rusten van al het fietsen en schaatsen in de kou.

d020ab3c-b10b-4b4a-afed-0201d9e83455_kleuterYoga3
ONTSPANNING
– U zegt, dat de kinderen het vast koud gekregen hebben en dat ze zichzelf nu wat mogen opwarmen. U laat ze hun eigen handen en voeten wrijven en masseren/kneden. Daarna masseren ze ook hun oren warm. Tot slot wrijven ze zich van onder tot boven helemaal warm.
→ U kunt er ook voor kiezen om de kinderen elkaar te laten opwarmen (wrijven, masseren/kneden). In dat geval kunt u uw groep verdelen in tweetallen. De kinderen kunnen dan zowel masseren als gemasseerd worden!
– Dan mogen de kinderen zich oprollen als een sneeuwbal óf een egel, die een winterslaap houdt: knieën en voorhoofd op de grond, armen langs het lichaam. (Bij yoga wordt dit de kindhouding genoemd: een houding, die een zeer ontspannende werking heeft.) U vraagt de kinderen heel goed te luisteren naar geluiden van buiten, de eigen adem (bij het inademen duwt de adem wat meer tegen de benen, bij het uitademen wat minder) en de stilte.
– Als het genoeg is geweest en iedereen zit, sluit u af met de strekoefening.

Kleuteryoga in de lente

LUISTEROEFENING
De les wordt begonnen met de luisteroefening van Kleuteryoga in de zomer (zie hiervoor). Alleen zet u nu geen cd op met zeegeluiden, maar een cd met vogelgeluiden.

INSPANNING
– In de lente komen de vogels weer terug naar Nederland gevlogen, om daar een nestje te bouwen. U laat de kinderen vrij in de ruimte vliegbewegingen maken, tot ze in Nederland aangekomen zijn.
– Dan verzamelen de kinderen takjes, om een nestje te bouwen. Vervolgens gaan ze rustig op het nestje zitten. U kunt hiervoor de kindhouding gebruiken, die beschreven is bij Kleuteryoga in de winter.
– Op een door u afgesproken teken komen de eitjes in het nestje uit en mogen de jonge vogeltjes weer vrij door de ruimte vliegen.
– Als de vogeltjes moe zijn, vliegen ze weer terug naar hun nestjes en gaan daar weer lekker in liggen (in de kindhouding).
ONTSPANNING
– Als de kinderen allemaal weer (in de kindhouding) liggen, gaan ze zich nog even goed op de ademhaling concentreren. (Bij het inademen duwt de adem wat meer tegen de benen, bij het uitademen wat minder.)
– Dan laat u de ene helft van de kinderen plat op de buik liggen (armen langs het lichaam, hoofd op een wang). De andere helft mag masseren. U vertelt, dat het weer in de lente vaak heel verschillend is:
– De zon kan schijnen. (Maak met de handpalm rondjes over de rug.)
– Soms regent het. (Trommel met de vingers op de rug.)
– Maar het kan ook hagelen. (Trommel harder met de vingers op de rug.)
– Vaak stormt het ook. (Kneed de hele rug en blaas erbij.)
– Of het onweert. (Maak met de vingers zigzagbewegingen over de rug.)
Hierna wisselen de kinderen.
– Indien gewenst kan na afloop nog even naar de cd met vogelgeluiden geluisterd worden.
– En u sluit weer af met de strekoefening.
Ik wens u en de kinderen veel yogaplezier!