Neem het trefwoord Weer en de zon gaat schijnen, het regent pijpenstelen, het is géén weer, het is mooi weer, het is koud, warm, vochtig of kil. Er is een weerbericht, de weerman, een voorspelling, een ramp, een tyfoon, ellende (maar soms ook vreugde) na droogte…
Met al die trefwoorden gaan de leerlingen vervolgens een opstel schrijven of een scène bedenken en uitspelen over het weer. Een weerlied is ook zo gemaakt, een regendans wordt als uitdaging aangepakt, er vertelt iemand over een depressie en een hogedrukgebied. En… geen wolkje aan de lucht!
De volgende weeksluiting rolt alweer uit mijn productiehuis. Ik wil ook graag wat fantasie in het geheel, dus ook de regendans – met stiekem een paar plantensproeiers – mag niet ontbreken. Was dit voor u bekende kost? Dan is het tijd voor anders brainen.

Een streep wordt zee.

Ooit een streep over het bord getrokken en gevraagd: “Wat is dit? Een streep? Doe je ogen eens half dicht en kijk naar de streep. Is het de zeespiegel? Wat is er dan te zien? Vaart er een boot? Zwemt Willem de Walvis onder water? Is er een rots, nóg een klein bootje, een vogel in de lucht, een school vissen? Teken het op en om de streep en bekijk uiteindelijk de tekening. Een mooi plaatje. Er zit vast wel een verhaal in.”
Laat iedereen een verhaal bedenken en begin met: “Op een dag zwom Willem de Walvis…” Of: “Op een dag ging een schooltje vissen…” Of: “Op een nacht was een klein bootje veel te ver de zee op gegaan…”

Een streep wordt straat.

Een andere keer werd mijn streep een straat. Op straat liepen allerlei types, er stond een huis, een boom, er reed een auto, een fietser. Er zat een poes in de boom. Er was ook een parkje, een bruggetje met eendjes eronder.
Natuurlijk deden we een aanbelspel met de types die op straat rondliepen. Iemand belt zogenaamd aan, iemand doet open en dan zeg je iets: als bekakte dame, als professor, als politieman. En degene die open heeft gedaan, moet adequaat reageren. Of diegene is óók iemand: een drukke moeder, een ongeduldig chagrijn, een bange bewoner. En dan de interactie!
Maar ook kan er in de straat iets gebeuren! Een auto scheurt bijvoorbeeld rond en belandt naast het bruggetje. Iedereen rent ernaartoe. Eén toeschouwer belt snel bij het huis aan en vertelt wat er gebeurd is. De dieren zijn verontwaardigd.
Dat was de streep. Wilt u nog een andere manier? Maak dan een moodboard!

Moodboard.

Op een groot vel papier worden dingen geplakt, die bij elkaar passen qua sfeer, kleur of thema. Met oude tijdschriften, viltstiften, lijm en schaar maak je een moodboard van jezelf over tien jaar. Heb je een grote auto of juist een zee, een strand, bloemen en planten op je moodboard? Een kleurencollage toont je veelkleurige bestaan.
Een moodboard van het weer kent natuurlijk plaatjes over het weer, maar ook een uitgeknipte reclame van regenkleding, zomershirts, zonnebrandolie, handschoenen, kaplaarzen, een open haard met erwtensoep.
Vertel over je moodboard. Een moodboard leidt tot grotere fantasiewegen, een bredere kijk op het thema, juist door het ontbreken van woorden. Meer kansen voor de fantasie dus.
Niet overtuigd? Google op moodboard en u hebt in twee seconden vier miljoen hits. Houd het moodboard bij de hand, als later in de productiefase iemand een heel nieuw idee aandraagt. Past het nieuwe idee bij ons uiteindelijk zwaar besproken moodboard?