Lied van de maand, dit keer helemaal in het teken van Sinterklaas. Nu met ingezonden MP3!

Bestanden

Klik op de naam van het bestand om het te openen.

Muziek
Artikel

Liedtekst

couplet 1
Hé Sint, luister eens even.
Ik heb een vraag voor jou.
Hoe zit het met die stoomboot,
kan die wel varen met die kou?

Lief kind, maak je geen zorgen,
want de zee bevriest niet gauw.
Mijn boot kan altijd varen,
en alle golven blijven blauw!

refrein
Hé Sinterklaas, ’t is 5 december
en het is feest, want u bent hier.
Sint, dank u wel voor de cadeautjes.
Sint, dank u wel voor het plezier!

couplet 2
Hé Sint, luister eens even.
Ik heb een vraag voor jou.
Hoe zit het met dat paardje,
kan hij wel tegen dat gesjouw?

Lief kind, maak je geen zorgen
want mijn paard is sterk en groot.
Het wandelt op de daken
en het kan rusten in de goot!

refrein

couplet 3
Hé Sint, luister eens even.
Ik heb een vraag voor jou.
Hoe zit het met dat Pietje,
komt hij wel echt in elk gebouw?

Lief kind, maak je geen zorgen
want mijn Piet komt overal.
In flats, in boerderijen
en bij jou thuis in elk geval!

refrein

Lessuggesties

Het liedje is bedoeld om te zingen met solisten en koor.

De solisten
Voor elk couplet kunt u voor het eerste deel een ander kind kiezen. Dit kind stelt al zingend een vraag aan de Sint.
Het tweede deel van het couplet (het antwoord) wordt door Sint gezongen. Het is het meest logisch om daar steeds dezelfde solist voor te nemen.
Het zou natuurlijk fantastisch zijn als u de echte Sint zover kunnen krijgen dat hij zélf zingend antwoordt bij zijn bezoek aan school!

Het koor
Dat kan de klas zijn die weeksluiting heeft, of de gehele school, tijdens het sinterklaasfeest.

Beeldend
Laat drie groepen een groot schilderij maken over elk van de drie vragen: een boot, een paard en een Piet. Hang deze schilderijen op, zodat de solist ervoor kan gaan staan. Overhandig ze na het zingen van het lied op een feestelijke manier aan de Sint.

Ritme-instrumenten en handvaardigheid
De muziek is opgenomen in beguine–stijl (spreek uit: begwinne), een muziekstijl uit Martinique. Opvallend is het gebruik van kleine ritme-instrumenten, zoals woodblock en raspen.
Laat de kinderen aandachtig luisteren naar naar de begeleiding. Vraag: op welke momenten hoor je het woodblock en de rasp? Hoor je (heel zacht!) nog andere slaginstrumenten?

Raspen kunnen we zelf: als de kinderen een multomap hebben kunnen ze met een stokje of een oud potlood langs de ringen raspen. Rammelaars maak je van platgeslagen kroonkurken aan een rondgebogen fietsspaak geregen. Kleine rammelaars: een latje van zo’n 20 cm. Aan het uiteinde een spijker door drie kroonkurken heen. Het gaatje is de kroonkurken moet zo ruim zijn, dat de kroonkurken heen en weer kunnen rammelen.