Kinderen kunnen kerst ieder jaar beleven op school en (soms ook) thuis. De essentie van het vieren van kerst op school zit ’m niet in de knutselwerkjes, de kerstboom in de klas of in het kerstdiner. Nee, we willen vooral graag dat kinderen ervaren hoe het is om samen te zijn en te vieren, ongeacht hun geloof of overtuiging.
Kerst vieren doe je met je groep. Maar het is mooier als het vieren alle groepen met elkaar verbindt. Kerst vieren doe je tenslotte ook met de hele school.
In dit artikel vindt u een praktijkbeschrijving hoe u op schoolniveau én op groepsniveau bezig kunt zijn met kerst.

Lees ook de uitbreiding

Bij dit artikel hoort een online uitbreiding. Klik hier om het artikel te lezen.

Rode draad

Iedere groep krijgt een paar weken voor kerst een doos. Deze doos bevat drie opdrachten, die allemaal te maken hebben met kerst en de gezamenlijke viering hiervan. De kinderen maken samen met u de opdrachten. Voor iedere groep zijn de opdrachten verschillend. De rode draad is de kerstboom, die een speciale plek in de school zal innemen. Ook tijdens de viering. (Zie ook de tekstblokjes Opdrachten en Kerstdoos, verderop in dit artikel.)

Voorbereidingen

Kerstboom

Bij het vieren van het kerstfeest hoort in ieder geval een kerstboom. Om het gevoel van samen kerst vieren te benadrukken, is het belangrijk om een centrale kerstboom in de school te plaatsen.
Maar niet iedere school beschikt over een ruimte, waar een mooie, grote kerstboom geplaatst kan worden. Denk hier daarom van tevoren met het team goed over na. Want een kerstboom kan natuurlijk ook van papier zijn en tegen een grote wand gemaakt worden. Of kiest u liever voor losse dennentakken, die u in een ruimte bevestigt? En misschien zijn er collega’s, die fantastische ideeën hebben over een alternatieve kerstboom.
In dit artikel wordt gesproken over de centrale kerstboom als uitgangspunt. Maar die kerstboom hoeft dus niet per se een “echte” te zijn!

Verhaal

Bij deze viering hoort een verhaal, gemaakt door leerlingen én leerkrachten. Het verhaal heeft bij iedere groep hetzelfde begin. Het afmaken van het verhaal vergt enige creativiteit. Van belang hierbij is, dat u een vorm kiest, die bij u en de groep past. Ook kan het handig zijn om als team even af te spreken welke werkvormen er toegepast zullen worden om het kerstverhaal te maken. Dat voorkomt overlappingen.
Nota bene. Voor leerkrachten, die het lastig vinden om het verhaal zelf met de kinderen af te maken, is een compleet verhaal beschikbaar op de website.

Opdrachten

Iedere groep heeft een drietal opdrachten te vervullen, voordat de kerstviering kan plaatsvinden. Die opdrachten zijn per groep verschillend, maar leiden wél tot een gezamenlijk slot. Het is dus van belang, dat iedere groep de drie eigen opdrachten vervult. De kinderen en de leerkrachten van de school zijn zo van elkaar afhankelijk, om de kerstviering tot een succes te kunnen maken.

Kerstdoos

Iedere groep krijgt een kerstdoos, met daarin de opdrachten. Het is natuurlijk sfeerverhogend, als deze kerstdoos mooi versierd en/of beplakt is. De doos kan daarna een speciale plaats in de klas krijgen.
Het hoeft natuurlijk geen doos te zijn. Want een mooi gekleurde envelop kan ook prima dienst doen. En ook een mooi gekleurd (of glimmend) zakje, tasje of buideltje. Zolang alle groepen maar eenzelfde voorwerp krijgen. (Dus allemaal een doos, een zakje, tasje of buideltje.) Het is tenslotte leuker, als kinderen aan elkaar kunnen vertellen: “Wij hebben vandaag uit de kerstdoos gewerkt. En jullie?”
Stop in de doos ter decoratie ook nog wat kerstballen (en/of andere kerstversieringen).

Aftrap

Introductie

Laat de doos in de groep zien. Kunnen de kinderen aan de doos zien welk thema de doos heeft? Bespreek met de kinderen wat kerst eigenlijk inhoudt en hoe het op verschillende manieren gevierd kan worden. Laat de kinderen ook uitgebreid aan het woord over de kerstvieringen, die ze zelf hebben meegemaakt.
Vertel dat iedere groep een kerstdoos heeft gekregen en bekijk samen met de kinderen de inhoud van de doos.

Wat zit erin?

In de doos zitten de volgende zaken:
– een kaart, met daarop een algemene tekst;
– drie kaarten, met op iedere kaart een opdracht.
De tekst van de algemene kaart kan als volgt luiden:

Binnenkort is het kerstfeest.
In veel landen op de wereld wordt het kerstfeest gevierd.
Soms vieren de mensen dat de Kerstman langskomt.
Of mensen vieren de geboorte van het kindje Jezus, lang geleden.
Kerstfeest vieren doe je in ieder geval samen!

In deze kerstdoos zitten opdrachten.
Die opdrachten maak je samen, met alle kinderen in de groep.
Tijdens de kerstviering laten jullie de andere kinderen dan zien wat jullie bedacht en gemaakt hebben.

Veel succes!

En… een fijne kerstviering!

Op de andere drie kaarten staan de opdrachten vermeld. Bepaal zelf op welke manier er gewerkt zal gaan worden (klassikaal, in kleine groepen, in tweetallen of individueel).

Opdrachten

Voorbeelden

Nu volgen voorbeelden van opdrachten: van kleutergroep tot en met groep 8. Hebt u meer (of minder) groepen op uw school? Dan kunt u naar keuze opdrachten uitbreiden, splitsen, weglaten, enzovoort.

Groep 1/2

1 Maak kerststerren, die in de centrale kerstboom passen. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Leer een kerstlied.

Groep 3

1 Maak de piek voor in de centrale kerstboom en maak een gedicht over de piek.
2 Maak kerstballen voor in de centrale kerstboom. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
3 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.

Groep 4

1 Maak kerstballen voor in de centrale kerstboom. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Leer een versje over kerst uit je hoofd.

Groep 5

1 Maak kerstklokken voor in de centrale kerstboom. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Leer een kerstliedje spelen met muziekinstrumenten van de school.

Groep 6

1 Maak kerstengelen voor in de centrale kerstboom. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Leer een kerstlied en zing het a capella.

Groep 7

1 Maak kerstslingers voor in de centrale kerstboom. Hang er tien in de boom en de rest in de klas.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Maak een kerstrap.

Groep 8

1 Regel de kerstverlichting voor in de centrale kerstboom.
2 Maak het verhaal af. Zorg voor een einde met een mooie kerstgedachte.
3 Leer een kerstlied in een andere taal.

Werkvormen

Verschil in werkwijze

Het is uiteraard logisch, dat u zelf een werkwijze kiest, die past bij uw groep en uw onderwijs. Vooral het afmaken van het verhaal met de groep vergt wel wat denkwerk vooraf. Het spreekt voor zich, dat er in de onderbouw een heel andere werkvorm gekozen zal moeten worden als in de bovenbouw. Nu volgen een aantal verschillende werkvormen, die u zou kunnen gebruiken.

Mogelijkheden

• U zit met de kinderen in de kring. Lees het begin van het verhaal voor. Nadat u gestopt bent, mag de leerling links van u verder gaan met vertellen. Hij (of zij) mag zelf twee zinnen bedenken, die ervoor zorgen dat het verhaal verdergaat. Zo gaat u de kring rond. Kinderen die het lastig vinden, mogen een beurt overslaan (of één zin zeggen in plaats van twee). U vertelt van tevoren dat de kinderen die het laatst aan de beurt zijn, ervoor moeten zorgen dat het verhaal een einde heeft.
Herhaal deze oefening een paar keer. U zult dan zien dat er verschillende verhalen ontstaan. Kies tot slot samen het verhaal, dat het meest geschikt is voor de viering.

• Verdeel de kinderen in groepjes van vier. Geef ieder groepje één groot vel papier en een viltstift. Verdeel het papier in vier gelijke delen. (Wij noemen het de “placemat”.)
Lees het begin van het verhaal voor. Als u stopt, mogen de kinderen het verhaal verder bedenken. Dat doen ze op het grote vel papier, in een van de vakken van de placemat. (Elk kind van elk groepje heeft dus één vak ter beschikking.) De kinderen mogen de grote lijnen van het verhaal opschrijven en mondeling toelichten. Ook moeten ze een goed einde verzinnen.
Geef de kinderen hier zeker een kwartier de tijd voor. Stop dan de tijd. De kinderen mogen dan aan elkaar vertellen wat ze hebben bedacht. Daarna kiest elk groepje het beste verhaal. Ieder groepje mag dan het uitgekozen verhaal toelichten. Tot slot kiest de hele groep het verhaal voor de viering. De bedenker van dat verhaal mag ook het verhaal compleet maken.

• Laat de kinderen vrij reageren en brainstormen op het begin van het verhaal. Geef ze daarna een groot vel papier en laat ze het verhaal tekenen. (Of laat ze alleen het einde van het verhaal tekenen.)

• Kies voor het complete verhaal en verdeel dat verhaal in stukken. De kinderen kunnen in tweetallen deze delen van het verhaal tekenen. Als de tekeningen op volgorde hangen, is het verhaal uitgebeeld. Als extra opdracht kunt u verschillende kinderen het verhaal laten vertellen met behulp van de tekeningen.

• Houd een verhalenwedstrijd. Ieder kind mag zijn (of haar) zelfgeschreven verhaal voorlezen. Een jury kiest de uiteindelijke versie.

Verhaal

Nu volgt een verkorte versie van het verhaal. (Het complete verhaal is opgenomen in de internetuitbreiding bij dit artikel.)

Met een daverende klap stort de grote dennenboom op de grond. De grond trilt ervan. De man met de kettingzaag zet zijn muts af en veegt over zijn voorhoofd. Bomen omzagen is zwaar werk! Hij heeft vandaag al zeker vijftig bomen omgezaagd!
Vroeger hakten ze bomen om met een bijl. Maar tegenwoordig gaat dat veel sneller. Ze hebben er zelfs machines voor. Die kunnen in één minuut een boom omzagen, optillen, alle takken eraf ritsen en op een stapel leggen.

Maar deze dennenbomen mogen niet met die machine omgezaagd worden. Nee, dit zijn kerstbomen! Die moeten voorzichtig behandeld worden. Straks komt de bomenverkoper. En die neemt ze mee.

Deze laatste boom was wel erg groot! De man met de kettingzaag krabt nog eens op zijn hoofd. Was dat wel de bedoeling? Zo’n grote kerstboom kan toch niemand kwijt in zijn huis?
Hij pakt zijn lijstje erbij. Ja, het staat er echt. Alle bomen met een rode stip moeten vandaag omgezaagd worden. Hij kijkt nog eens goed naar de grote kerstboom. Er zit een mooie, rode stip op de stam. De man met de kettingzaag haalt zijn schouders op. Het zal wel goed zijn.
Hij bergt zijn kettingzaag op in de laadbak van de auto, doet zijn handschoenen uit en klopt de dennennaalden van zijn kleren. Hij kijkt omhoog. Er zit sneeuw in de lucht. Hij ziet het aan de wolken. In de verte ziet hij een vrachtwagen aankomen. Daar is de bomenverkoper. Precies op tijd!

Het verhaal biedt alle vrijheid om er een prachtig kerstverhaal van te maken. In de bovenbouw kunt u met kinderen ook praten over de moraal van een verhaal, zodat ze hiermee aan de slag kunnen. Het verhaal heeft nog geen titel. Ook die titel mogen de kinderen zelf bedenken en bij het verhaal plaatsen.

Kerstviering

• De kerstviering wordt gezamenlijk gevierd. (Dit kan met de hele school of per bouw.) Alle groepen hebben maximaal tien minuten om twee van hun opdrachten aan de andere groepen te laten zien. Eén opdracht is een lied (of een gedicht). De andere opdracht is de presentatie van het verhaal.

• Iedere groep bepaalt zelf op welke manier de opdrachten worden gepresenteerd. Het is natuurlijk het mooist als alle kinderen aan bod komen en deel uitmaken van de viering. Het is ideaal als het lied door de hele groep kan worden uitgevoerd en het verhaal door een aantal leerlingen, die dat willen.

• Voor wat betreft de uitvoering en presentatie van het verhaal is iedereen vrij. Het verhaal kan uitgevoerd worden als toneelstuk, als lied, als PowerPoint-presentatie, als schilderij, als tableau vivant, als voorleesverhaal of als vertelling. Het verhaal kan zelfs op posters worden uitgebeeld of in dichtvorm worden geschreven en uitgevoerd. Alles is mogelijk.

• Een of twee leerlingen uit de bovenbouw kunnen de kerstviering presenteren.

Kerstgedachte

De kinderen van de hele school kunnen op de manier, zoals die is beschreven in dit artikel samen bezig zijn met kerst vieren. Of u nu kiest voor een kerstviering, met de verhalen rond de geboorte van Jezus of voor een kerstviering, waarbij er lekker gegeten en gedronken wordt. De kerstgedachte is in beide gevallen hetzelfde: kerst vieren doe je samen!

Veel plezier!